shape

Aapjes kijken. Ik zie, ik zie, wat jij niet ziet

Nathalie Vriezelaar Adviseur sociaal veiligheidsbeleid en sociale cohesie en pesten bij School en Veiligheid. 22 september 2020

Voor je werk naar de Apenheul, wie wil dat nou niet? Een leuke afwisseling, zeker nu ik al maanden alleen maar vanuit huis werk. Met een groepje docenten volgde ik een workshop van Apemanagement² over hoe je als onderwijsprofessional effectief pesten kan signaleren. Op basis van observatietechnieken uit de biologie hebben zij een methode ontwikkeld. De meest opvallende inzichten en weetjes die ik leerde, deel ik met jullie in deze blog.

Blog

Terwijl ik naar Apeldoorn reed, moest ik ineens denken aan colleges die ik tijdens mijn studie in Leiden volgde over gehechtheid. We kregen filmpjes te zien van experimenten¹ waarbij kleine (resus)aapjes werden gescheiden van hun moeder. We zagen hoe sommige aapjes op een zachte vacht mochten liggen (als surrogaat voor hun moeder) en geen eten kregen en sommige aapjes alleen een ruw kokosmatje hadden maar wél melk. De vraag was, komt binding tot stand door eten of door de moeder? De aapjes kozen bij angst voor het zachte matje ondanks het gebrek aan een echte moeder. Op latere leeftijd vertoonden zij normaal en niet-afwijkend gedrag. De tweede categorie aapjes vertoonden op lange termijn juist agressief en gestoord gedrag. Dit liet zien dat hechting te maken heeft met veiligheid en comfortabel zijn. Een inzicht dat ik nooit ben vergeten.

Hoe objectief kijk je eigenlijk?

Aangekomen in de Apenheul kreeg ik met mijn groepje een ‘oriënterende observatie opdracht’ van een groep apen. Mijn reactie was ‘oh, kijk hoe schattig, ‘wat een lief baby aapje’, ‘oh, wat zijn ze elkaar lief aan het vlooien’ en ‘wat zijn ze rustig; als de klas eens zo rustig zou zijn’. De trainster vertelde ons iets over onze waarnemingsvaardigheden. Over hoe gekleurd die eigenlijk zijn. Omdat ik als het ware al met de bril keek van ‘ik vind ’t schattig en leuk’, interpreteerde ik dit als rustig en gemoedelijk. Tot mijn grote verbazing, gaf de trainster aan dat wat wij zagen, juist afwijkend gedrag was van de apen. Het feit dat ze elkaar vlooien betekent voor hen dat er stress was. Namelijk een groep mensen met kladblokken in hun hand, die heel lang naar hen stonden te kijken. Dat waren deze apen niet gewend en dat levert stress op. En om te ontstressen, gaan zij elkaar vlooien.

“Wees je ervan bewust dat je al snel de neiging hebt om wat je ziet te interpreteren en dus subjectief kijkt. De kunst is om voorbij je hypothese waar te nemen en weg te blijven bij te snelle conclusies.”

Wat zijn dan waarneembare objectieve interacties? De trainster vertelde dat zij werken met een observatie methode die in de biologie wordt gebruikt. In de biologie wordt gedrag van dieren op een systematische manier gemonitord. Deze observatie techniek is ook goed toepasbaar voor herkenning en signalering van interacties en groepsdynamiek. Het is een hulpmiddel om pesten (maar ook ander ‘afwijkend’ gedrag) te signaleren. Het is overigens geen anti-pestmethode.

“Je leert om te kijken zonder vooroordelen, waardeoordelen en interpretatie. Je leert om in jouw groepen te zien wanneer ongewenst gedrag plaatsvindt en welke keuzes en hulpmiddelen je dan kan inzetten.”

Wat is de functie van pesten?

Na de observatie opdracht, zijn we naar het leslokaal (lees een grote safaritent) gegaan, waar ons de vraag werd gesteld ‘wat is de functie van pesten?’. Uit de groep kwamen de volgende reacties naar voren:

  • Om onzekerheid te vermijden/ te verhullen.
  • Om je positie te bepalen in een groep/ je te verzekeren van een bepaalde positie.
  • Om je eigenwaarde te vergroten.
  • Compensatie gedrag.
  • Negatieve aandacht vragen.

De trainster vertelde dat uit wetenschappelijk onderzoek naar voren komt dat het doel en de functie van pesten helemaal niet helder is. Onderzoekers zijn er nog niet achter. Er is in ieder geval geen eenduidig antwoord op te vinden. Wat wél duidelijk is, is dat pesten een groepsproces is.

“Pesten vindt plaats in een groep, in een dynamiek. Een inzicht dat voor de meesten niet nieuw is. Maar als we dat weten, dan weten we ook dat daar een belangrijke basis ligt om dat groepsproces goed te begeleiden.”

Is een klas een veilige omgeving?

Tot slot stonden we stil bij de vraag; is een klas in beginsel een veilige omgeving? Ik raakte een beetje van slag door deze vraag. Om goed te kunnen leren, is een veilig en sociaal schoolklimaat de belangrijkste voorwaarde. Daar ga je toch van uit, dat de klas in beginsel veilig is? Maar er zijn factoren en omstandigheden die een klas in beginsel niet veilig maken. Zo heb je als kind geen invloed op de samenstelling van de groep. De groep is uitsluitend homogeen wat leeftijd betreft maar daarnaast zijn er vaak veel verschillen. De sociale structuur moet zich vormen maar door wisselingen in samenstelling van de groep en door vakanties is dit instabiel.

“Het is goed dat we ons te realiseren dat veiligheid geen vanzelfsprekendheid is. En dat betekent dat je als school en als leraar hierop iets te doen hebt in het zorgen voor veiligheid. Niet eenmalig, maar doorlopend en structureel.”

Leren pesten signaleren

Wil je ook een workshop volgen van Apemanagement? Kijk dan op hun website.

“We gebruiken wetenschap om inzicht te geven in ons menselijke gedrag en te begrijpen wat er gebeurt, op het werk, in de klas of buiten op straat. Als je gedrag begrijpt dan pas kun je het effectief beïnvloeden”. (Patrick van Veen, oprichter Apemanagement)

Verwijzingen

  1. Experimenten van Harry Harlow
  2. Apemanagement | www.apemanagement.nl